Skip to main content

De leerrechtambtenaar: concrete uitwerking

17 October 2016
images/stories/6-11Right_to_education_in_the_Netherlands-c6b8624d.webp#joomlaImage://local-images/stories/6-11Right_to_education_in_the_Netherlands-c6b8624d.webp?width=900&height=600

Eén van de belangrijke aanbevelingen van mijn onderzoek "(W)elk kind heeft recht op onderwijs?" is dat het een goed idee zou zijn om in elke gemeente een leerrechtambtenaar aan te stellen. Momenteel heeft elke gemeente een "leerplichtambtenaar", mijn voorstel is om deze ambtenaar een andere functie, met een andere focus te geven.

Functieverandering leerplichtambtenaar

Momenteel is onder de huidige leerplichtwet de opdracht van de leerplichtambtenaar met name gericht op het zorgen dat ouders hun kinderen naar school sturen. Deze opdracht stamt nog uit het begin van de vorige eeuw, toen het nog gebruikelijk was dat kinderen werkten om het gezin van inkomen te voorzien, met name fabriekswerk.

Uit mijn onderzoek blijkt dat er momenteel een centraal punt ontbreekt waar kinderen, ouders en professionals naartoe kunnen zodra de verschillende beslissers geen antwoord kunnen vinden op de vraag: wat is het beste (passende) onderwijs voor dit kind? In de praktijk zie je nu dat het met name in deze situatie is, dat een kind thuis komt te zitten.

De leerrechtambtenaar: hoe werkt het in de praktijk?

Op het moment dat er iets misloopt kunnen scholen, ouders en/of leerlingen zich melden bij de leerrechtambtenaar. Deze gaat dan op zoek naar een oplossing, in overleg met de betrokken partijen. Hij zal in veel gevallen ook advies bij professionals moeten inwinnen, zoals bijvoorbeeld van een arts (jeugdarts, pedagoog, psycholoog), het samenwerkingsverband, de onderwijsconsulent, de onderwijsinspectie en/of jeugdzorg – afhankelijk van de situatie.

Hieronder heb ik een voorstel geschetst voor hoe dit er concreet uit zou kunnen zien. Ik hoor heel graag hoe jullie hier over denken!

Ouder, kind en leerkracht/bestuur school kunnen dus alle drie onafhankelijk de hulp van de leerrechtambtenaar inschakelen, wanneer er een probleem is rondom het recht van het kind op onderwijs. Er zijn dan vier mogelijke situaties die aanleiding geven voor een gesprek (maar wellicht ontbreekt er nog iets in dit lijstje):

2.1 er is geen passend onderwijs op school;
2.2 kind wil niet naar school i.v.m. onveilige situatie (pesten o.i.d.);
2.3 ouder houdt kind thuis zonder onderwijs;
2.4 ouder houd kind thuis -> thuisonderwijs

Misschien dat "kind wil niet naar school om andere reden" moet worden toegevoegd. Vervolgens gaat de leerrechtambtenaar met de verschillende partijen in gesprek en stelt hij/zij een plan op, wat door alle partijen ondertekend moet worden. Partijen kunnen eventueel in beroep als zij het niet met de beslissing van de leerrechtambtenaar eens zijn, bij de geschillencommissie passend onderwijs.

Het voordeel van de gemeentelijke leerrechtambtenaar is dat de lijntjes kort zijn met alle partijen, waardoor het relatief makkelijk is om partijen op kantoor uit te nodigen. Ook heeft hij/zij korte lijntjes tot financiering op gemeentelijk niveau (bv. leerlingenvervoer) en deze ambtenaar heeft de juridische positie en het gezag om verschillende partijen (school, ouders, kind) op hun verantwoordelijkheid aan te spreken, mochten ze echt niet mee willen werken.

Leerplichtambtenaar wordt leerrechtambtenaar: maakt dat echt uit?

In zijn antwoord op kamervragen over dit onderzoek schrijft staatssecretaris Sander Dekker dat

'De belangrijkste missie van de leerplichtambtenaar is ervoor zorgen dat kinderen hun recht op onderwijs verzilveren. De leerplichtambtenaar fungeert daarmee in de praktijk reeds als ‘leerrechtambtenaar’, die het belang van het kind en het recht op onderwijs centraal stelt'. 

Uit dit onderzoek blijkt echter dat dit niet het geval is; leerplichtambtenaren geven zelf aan dat ze vooral gericht zijn op het verplichten van de ouder om hun kind naar school te sturen, en daarbij eventueel juridische stappen te ondernemen. Tegenover scholen hebben ze weinig te zeggen, dus wanneer een school weigert passend onderwijs te bieden en het samenwerkingsverband besluit om het kind elders te plaatsen terwijl dat niet noodzakelijk is, bijvoorbeeld, staat leerplicht met lege handen. Bovendien hebben kinderen zelf niet het idee dat zij een recht op onderwijs hebben en dat zij dit recht ook af kunnen dwingen. Kinderen zeiden allemaal: "Recht op onderwijs? Het is alleen maar je moet, je moet, je moet!"

Anna (10): “recht op onderwijs is dat je naar school mag (maar als je niet gaat dan moet je je MOET dan)”

In een uitzending op radio 1 van maandag 13 juni zegt Dekker:

'Alle kinderen in Nederland hebben recht op onderwijs, dus dat leerrecht dat bestaat in mijn ogen. En nou, een leerplichtambtenaar kunnen we omdopen tot een leerrechtambtenaar, ik weet niet of dat een semantisch iets is wat onmiddelijk tot een oplossing gaat leiden'.

Deze twijfel is volkomen begrijpelijk, want wat maakt het nou uit hoe we de functie noemen? Toch denk ik dat we de kracht van woorden niet moeten onderschatten, zeker ook in deze discussie. Een leerrechtambtenaar zou er door zijn of haar functienaam alleen al elke dag aan herinnerd worden wat de centrale focus van zijn of haar opdracht is: het recht van kinderen op onderwijs realiseren. Dit geldt niet alleen voor de ambtenaar zelf, maar ook voor alle partijen er omheen. Hoe te gek is het, als jij als kind zelf weet: als mijn school mij niet het onderwijs geeft waar ik recht op heb, dan kan ik op de fiets naar het gemeentehuis en daar in gesprek met de leerrechtambtenaar. De leerrechtambtenaar komt op voor mijn recht op onderwijs! 

Semantiek maakt zo veel uit, de woorden die we gebruiken sturen hoe mensen denken. Daarom hebben we ook zulke heftige discussies over het gebruik van woorden als zwarte piet, negerzoenen, marokkaantjes, allochtonen...

Toch lijkt Dekker het voorstel inhoudelijk wel te steunen, al twijfelt hij nog over de naamsverandering. Hij eindigt het interview met:

'Wat ik heel erg belangrijk vind, is dat uiteindelijk in iedere gemeente iemand is die met de vuist op tafel kan slaan als zorginstellingen en scholen er te lang over doen om een goede plek te voorzien. Dat noemen we [...] doorzettingsmacht'.

Hoe nu verder?

Op 29 juni a.s. debattert de commissie OCW over passend onderwijs. Van 10.00-15.00 wordt o.a. de voortgangsrapportage passend onderwijs gesproken, waarin ook op bovenstaande punten verder zal worden ingegaan.

Zelf ben ik door verschillende gemeenten en andere organisaties die zich bezig houden met het recht van kinderen op onderwijs, uitgenodigd om mee te denken over het realiseren van dit recht. Het bovenstaande voorstel wordt daarbij dus ook meegenomen door verschillende gemeenten. Aanpassingen/aanvullingen zijn dus zeer welkom!


Other Right to education in the Netherlands articles